Verkenning
Locatie
Vondst
RACM/gemeente Arnhem
Dendrologie
· Beschrijving van de constructie
Vlak
Zijden
Voorschot
· Beschrijving geborgen vondsten
Openstaande vragen
· Toekomst
RACM / gemeente Arnhem
Omdat we nu de overtuiging hebben dat we mogelijk een archeologische vondst hebben gedaan zijn we naar het RACM in Lelystad gegaan voor overleg. (voorheen NISA en RIJP).
Toevallig is men daar op dat zelfde moment bezig met de reconstructie van het in 1976 geborgen voorschip. Daar hebben we een beeld kunnen krijgen van wat we eventueel onderwater aan kunnen treffen. Ook hebben we foto’s kunnen bekijken van de berging van het voorschip. Deze berging heeft boven water plaatsgevonden. Indertijd heeft het onderzoeksteam een pomp geplaatst en heeft samen met de baggermolen die op dat moment actief was de plas gedeeltelijk leeg gepompt.
Door het wegpompen van water heeft men de waterspiegel kunnen laten dalen tot direct onder het wrak. Uit de fotoserie van de RACM is het duidelijk te zien dat de oeverlijn, na de berging van het schip, niet daadwerkelijk veranderd is. We baseren ons hierbij op de rij betonnen palen, de erfafscheiding, die op de foto’s te zien zijn en die er nu nog steeds staan. Vanaf de instorting in noordelijke richting langs de oever zijn enkele palen verdwenen, echter naar het zuiden staan ze er nog steeds. Martijn Manders van het RACM gaf aan erg geïnteresseerd te zijn in de door ons gevonden delen. Na overleg met zijn collega, Lucas van Dijk (hij was ook aanwezig bij de opgraving in mei 1976), krijgen we van hem toestemming voor een verdere verkenning en het bergen van een deel van een vlakplank voor onderzoek. Hieruit is ook door hen vastgesteld dat het om de Meinerswijk 3 gaat.
Tijdens het verkennend onderzoek is tevens contact gehouden met Martijn Defilet de stadsarcheoloog van de gemeente Arnhem. Hij werkt nu het programma van eisen uit.
Dendrochronologie
Onlangs is opnieuw dendrochronologisch onderzoek gedaan op het 1976 geborgen deel van het schip. Vastgesteld is dat het hout is gekapt tussen 1216 AD met een tolerantie: plus en min 5 jaar.
De boot tijdens de opgraving in 1976